In De veertiende etappe zijn de beste korte stukken bijeengebracht die Tim Krabbé in de loop der jaren over wielrennen schreef. Samen met zijn klassieke en in vele talen vertaalde roman De Renner geeft dit boek een beeld van het grote wielrennen van de laatste halve eeuw, en van zijn eigen wielerleven dat uit meer dan duizend amateurkoersen bestond.
Over Krabbés wielerverhalen:
‘Schitterende columns over de wielersport, die een groot inzicht in het métier altijd paren aan een onconventionele kijk daarop.’ Henk Spaan
Over De Renner:
‘Tim Krabbé heeft het gevoeld. Hij heeft het meegemaakt.’ Gerrie Knetemann
‘Het is aan de ene kant een literair meesterwerk dat om die reden over 100 jaar nog gelezen zal worden en aan de andere kant het beste sportboek in de Nederlandse taal.’ Nico Scheepmaker
‘Na 1978 moet een schrijver over sport verantwoording afleggen aan De Renner.’ Arthur van den Boogaard
Over Krabbés wielerverhalen:
‘Schitterende columns over de wielersport, die een groot inzicht in het métier altijd paren aan een onconventionele kijk daarop.’ Henk Spaan
Over De Renner:
‘Tim Krabbé heeft het gevoeld. Hij heeft het meegemaakt.’ Gerrie Knetemann
‘Het is aan de ene kant een literair meesterwerk dat om die reden over 100 jaar nog gelezen zal worden en aan de andere kant het beste sportboek in de Nederlandse taal.’ Nico Scheepmaker
‘Na 1978 moet een schrijver over sport verantwoording afleggen aan De Renner.’ Arthur van den Boogaard